Moving people story
Kinderen hebben recht op een identiteit
Dat betekent dat je:
Recht hebt op een naam en nationaliteit – artikel 7 uit het Kinderrechtenverdrag
Je voornaam en achternaam heb je van je ouders gekregen toen je werd geboren. Je naam is ook bij het gemeentehuis vastgelegd. Daardoor weet de regering dat je bestaat. Ook moet de regering ervoor zorgen dat je een nationaliteit krijgt. Dat betekent dat je bij een land hoort. Jouw nationaliteit wordt bepaald door het land waar je bent geboren. Als je gaat verhuizen naar een ander land, kun je misschien je nationaliteit veranderen. Maar daar zijn strenge regels voor.
Opgroeien doe je als het mogelijk is gewoon bij je ouders, tenminste als er goed voor je gezorgd wordt. Als je niet bij je ouders opgroeit, bijvoorbeeld als je geadopteerd bent, dan heb je wel het recht om te weten wie je ouders zijn.
Het betekent ook:
Respect voor jouw identiteit – artikel 8 uit het Kinderrechtenverdrag
Wie je bent, dat is je identiteit. Dus hoe je heet, hoe oud je bent, waar je bent geboren, enzovoort. In Nederland wordt dat vastgelegd in een identiteitskaart of een paspoort. Vanaf je 14e moet je zo’n kaart altijd bij je hebben. Je hebt recht om jouw eigen identiteit te behouden, zoals nationaliteit, naam en familiebanden. De overheid moet jou steunen om jouw identiteit te herstellen als die ontnomen is.